Jeremia 15:10

SVWee mij, mijn moeder, dat gij mij gebaard hebt, een man van twist, en een man van krakeel den gansen lande! Ik heb [hun] niet op woeker gegeven, ook hebben zij mij niet op woeker gegeven, [nog] vloekt mij een ieder van hen.
WLCאֹֽוי־לִ֣י אִמִּ֔י כִּ֣י יְלִדְתִּ֗נִי אִ֥ישׁ רִ֛יב וְאִ֥ישׁ מָדֹ֖ון לְכָל־הָאָ֑רֶץ לֹֽא־נָשִׁ֥יתִי וְלֹא־נָֽשׁוּ־בִ֖י כֻּלֹּ֥ה מְקַלְלַֽונִי׃ ס
Trans.’wōy-lî ’immî kî yəliḏətinî ’îš rîḇ wə’îš māḏwōn ləḵāl-hā’āreṣ lō’-nāšîṯî wəlō’-nāšû-ḇî kullōh məqaləlawnî:

Algemeen

Zie ook: Moeder, Woeker, Woekeraar
Job 3:1, Jeremia 20:14

Aantekeningen

Wee mij, mijn moeder, dat gij mij gebaard hebt, een man van twist, en een man van krakeel den gansen lande! Ik heb [hun] niet op woeker gegeven, ook hebben zij mij niet op woeker gegeven, [nog] vloekt mij een ieder van hen.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

אֽוֹי־

Wee

לִ֣י

-

אִמִּ֔י

mij, mijn moeder

כִּ֣י

-

יְלִדְתִּ֗נִי

dat gij mij gebaard hebt

אִ֥ישׁ

een man

רִ֛יב

van twist

וְ

-

אִ֥ישׁ

en een man

מָד֖וֹן

van krakeel

לְ

-

כָל־

-

הָ

-

אָ֑רֶץ

den gansen lande

לֹֽא־

-

נָשִׁ֥יתִי

Ik heb niet op woeker gegeven

וְ

-

לֹא־

-

נָֽשׁוּ־

ook hebben zij mij niet op woeker gegeven

בִ֖י

-

כֻּלֹּ֥ה

-

מְקַלְלַֽונִי

vloekt


Wee mij, mijn moeder, dat gij mij gebaard hebt, een man van twist, en een man van krakeel den gansen lande! Ik heb [hun] niet op woeker gegeven, ook hebben zij mij niet op woeker gegeven, [nog] vloekt mij een ieder van hen.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!